Zijn jullie thuis curlingouders?
Janusz Korczak (1878-1942) was een Pools/Joodse kinderarts, pedagoog en kinderboekenschrijver, die vooral bekend is geworden door zijn martelaarsdood in 1942 in Treblinka. Hij was directeur van een weeshuis, en koos ervoor om bij de kinderen en het personeel te blijven toen ze werden afgevoerd naar Treblinka.
Alle kinderen liepen zingend, met opgeheven hoofd, elk met een rugzakje en een vlag naar de trein die ze naar het kamp bracht. Bijna niemand heeft het overleefd.
Ik vind hem een inspirerende pedagoog. Zijn overtuigingen zijn een prachtige leidraad voor het omgaan met én het coachen van kinderen. Korczak zei eens: “De volgende dag, tijdens het gesprek in het bos, heb ik voor het eerst niet tegen de kinderen, maar mèt de kinderen gesproken. Ik praatte niet over hoe ik wilde dat zij zouden zijn, maar over hoe zij willen en kunnen zijn”
Korczak ging ervan uit dat een kind in elke fase van zijn leven een volwaardig menselijk wezen is en niet slechts een onaf mens, die nog van alles niet kan. Bij Korczak lees je in zijn beschrijvingen over kinderen en opvoedingssituaties, dat hij ieder kind ontmoet met respect en op een unieke wijze. “Voor ieder probleem, ieder kind, iedere dag is een unieke reactie van de opvoeder nodig”.
Lees ook: Hoe geef je je kind een groeimindset?
In zijn weeshuis werkten weinig volwassenen. Elk nieuw kind kreeg een ouder kind als mentor die hem wegwijs maakte, hielp bij problemen en hem/haar onder zijn hoede nam. De kinderen organiseerden samen de dagelijkse gang van zaken. Er was een rechtbank die straffen op een eerlijke manier uitdeelde. Zo werd Korczak door de rechtbank bestraft toen hij een keer van de trapleuning naar beneden gleed.
Er was een postkantoor waar kinderen brieven naar toe brachten en ontvingen van elkaar. Korczak stimuleerde de kinderen om te schrijven. Over hun gevoelens en belevenissen, maar ook over hun klachten en het onrecht dat ze tegenkwamen. Zo kwam hij ook op het opzetten van een krant uit. Hij vond dat als je een krant voor kinderen maakte, je de lezers ook een platform moest geven om te schrijven wat hen bezighield en om ingezonden brieven te kunnen sturen. Ook wilde hij dat de kinderen, net als volwassen journalisten, betaald zouden worden voor het werk wat ze verrichtten.
Ik ben in Nederland op bezoek geweest op een Korczakschool en daar hadden de kinderen behalve klaslokalen, ook een zitkamer waar ze lekker konden lezen of theedrinken, een tuin met groenten en bloemen, die ze zelf onderhielden, dieren waar ze voor zorgden en een winkeltje waar ze van alles verkochten of ruilden. Kortom ze vormden een echte kindergemeenschap.
Curlingouders
Korczak zag toen al, en ik spreek over de jaren twintig van de vorige eeuw, het gevaar van wat nu wel gekscherend ‘curlingouders’ worden genoemd. Ouders die het straatje voor hun kinderen zorgvuldig vrij houden van enig gevaar of uitdaging. Het gevaar daarvan is dat een kind niet zelf ervaringen kan opdoen, zich niet bezeert, geen verlies leidt en dus niet leert om op te staan na gevallen te zijn en niet leert om te gaan met verdriet en verlies. Het blijft afhankelijk van de volwassene en kijkt naar zijn vader of moeder en wacht af hoe die zijn problemen gaat oplossen.
Daarmee wilde Korczak niet zeggen dat je alles moet toestaan of goedvinden, maar wel dat je het kind (naar draagkracht) zelf moet laten ontdekken. Laat het zonder toezicht spelen, bemoei je als ouder niet met ruzies, maar laat het je kinderen zelf oplossen (tenzij het pesten wordt). Sta je kind toe om erop uit te trekken en geef het vertrouwen dat je ervan uit gaat dat het niet in zeven sloten tegelijk loopt. Laat je dreumes door de tuin kruipen en een gevallen aardappelschil in z’n mond stoppen. Die spuugt hij wel weer uit. Geef hem de kans om met de kat spelen, hij merkt vanzelf als deze daar geen zin in heeft. Laat je kleuter op z’n fietsje door de (veilige) buurt rijden, je schoolkind ruzies uitvechten en je puber (op een aantal gebieden) zijn eigen plan trekken.
Lees ook: Leer je kind geloven in wat mogelijk is. Het werkt echt!
Als je je kind zijn eigen ontdekkingen laat doen, kan het de kant opgroeien die hem het beste past en hoef je als ouder slechts liefdevolle ondersteuning te geven. Dan heb je kans op een gelukkig kind en een gelukkige volwassene.
Voor meer informatie: Hoe houd je van een kind. Het kind in het gezin – Janusz Korczak – Redactie René Görtzen.
Orthopedagoog en kindercoach Charlotte Borggreve heeft een boek geschreven: ‘ Hoe houd je het gezellig thuis?”. Het is een doe-boek met praktische tips en methodes, die Charlotte zelf in haar praktijk gebruikt. Dingen die je makkelijk zelf met je kind kunt doen, gewoon als spelletje of gezellig samenzijn.
Meer informatie over haar boek vind je hier.
[ssba]Auteur: Charlotte Borggreve
Charlotte Borggreve is naast moeder van drie ook orthopedagoge en kinder- en jongerencoach en heeft een eigen praktijk in Amsterdam Centrum.