En daarom moet je dus wél luizenmoeder worden
De moeder keek mij vol afschuw aan… “ik als nieuwe luizenmoeder? Meen je dat nou?”. Ik had haar net gevraagd of ze mijn plekje als controleur der hoofdbeestjes wilde overnemen. Mijn zoontje ging naar een nieuwe klas en ik zocht naarstig naar een vervanger voor mijn taak.
Na 5 minuten overreden was het gezicht van deze moeder veranderd van vol van gruwel naar bijna kinderlijk enthousiast. Hoe ik dat voor elkaar had gekregen… ik had het pleidooi voor een luizenmoeder (of vader) gehouden.
En daarom moet je dus wél luizenmoeder worden
Luizenmoeder. Het klinkt misschien als de rottigste klus die je kunt doen. Krioelende beestjes traceren op de korstige, vettige, pluizige hoofden van snotapen. En toch is het omgekeerde waar. Luizenmoeder is een zeer eervolle en dankbare taak. En wel hierom.
Als je kindjes luizenpluist:
#1 vertellen ze je de liefste en grappigste verhalen. “Weet je wat ik later wil worden? Astronaut. Echt waar. Ik heb hele goeie ogen en ik weet alles van de maan!”.
#2 kom je heel dichtbij ze, letterlijk en figuurlijk. De meesten vinden dat fijn. Regelmatig raken kids helemaal in trance als ik op hun hoofdjes friemel.
#3 leer je alle kinderen uit de klas van jouw eigen spruit goed kennen. Bijna alle ouders worden genegeerd door kids, maar luizenmoeders krijgen consequent een grote groet.
#4 kun je onopvallend meekijken en –voelen hoe het er in de klas aan toegaat. Je bent even een fly on the wall.
Ervaring als luizenmoeder
Oké, en dan de ervaringen als luizenmoeder. Twee jaar lang heb ik nooit een levende luis gezien totdat ik zelf al een paar weken last had van jeuk. Mijn man, die bijna aan een leesbril toe bleek te zijn, zag niks. Toen de kindjes op een avond in bed lagen, keek ik in de spiegel naar mijn haren. Zag ik daar nou een fruitvliegje? Huh? Toch maar even de kam erdoorheen, die ik voor de zekerheid al die tijd in huis had. Eén haal door mijn krullenbos en er lagen een stuk of vijf dingen met pootjes in de wasbak. Iieeeehhhh! Ook mijn kids bleken onder te zitten. ‘Note to oneself’: luizen zijn geniepige beestjes die ineens en bij iedereen kunnen toeslaan.
LEES OOK >> Luizen wat nu?
De cijfers
Ieder jaar krijgen zo’n 240.000 kinderen hoofdluis. Dat komt neer op 15% van alle kids tussen de 4 en 12 jaar heeft ooit last van kriebelende parasieten op hun koppie. Luizen kunnen alleen van het ene naar het andere hoofd lopen als er de hoofden tegen elkaar aan komen. Ze kunnen dus niet over springen.
Hoe kom je er vanaf?
Luizenshampoo, maar vooral veeeeeel kammen! Elke dag totdat je geen luizen en neten meer traceert. Het RIVM laat weten dat het niet nodig is om knuffels en beddengoed te wassen; ze hebben namelijk menselijk bloed nodig om te overleven Een laatste tip: controleer je kinderen wekelijks op luizen. Mocht er onverhoopt eentje zijn overgelopen van het hoofd van een vriendje dan ben je er op tijd bij en wordt het niet een hele plaag. En is dat saai? Nee hoor, tijdens het pluizen nemen we de dag door, oefenen we tafels, hoofdsteden of geschiedenis. Zo sla je twee luizen in één klap.
Meer informatie over hoofdluis: RIVM.nl/hoofdluis
[ssba]Auteur: Eva Wolf
Eva woont met haar twee kindjes en grote liefde in een bovenhuis in de Watergraafsmeer (Amsterdam). Lees meer..