Solomoeders: wat vindt men er eigenlijk van?
Vroeger zou je zeggen ‘de kranten staan er bol van’. Vandaag de dag zijn het de hashtags, tweets, retweets en subtweets, die zich richten op een mij zeer vertrouwd onderwerp: de bewuste solomoeder. Weet ik ook eens hoe het voelt om ‘trending’ te zijn. Niet per definitie fijn, trouwens.
Het eerste nieuwsbericht dat mijn aandacht trok, is ontstaan naar aanleiding van een inventarisatie van het maandblad Opzij. In dit bericht stond dat alleenstaande vrouwen met een kinderwens in de helft van de Nederlandse ziekenhuizen niet terecht kan voor een vruchtbaarheidsbehandeling. Die ziekenhuizen vinden dat een kind zou moeten opgroeien met twee ouders met een stabiele relatie. Slik!
Als snel volgde een wat mij betreft zeer welkom tegengeluid in de Volkskrant. In dit artikel werd geconcludeerd dat het voor een kind niet slecht is om alleen met een moeder op te groeien, aldus een psycholoog en onderzoeker naar ‘niet traditionele gezinsvormen’. Amen!
Een moreel gerechtvaardigde keuze?
De vraag die binnen deze discussie centraal staat? Is het bewust kiezen voor het alleenstaand moederschap wel moreel gerechtvaardigd? Ondanks dat ik deze vanuit mijn eigen situatie volmondig met ‘ja’ beantwoord, begrijp ik de vraag wel. Ik ben gelukkig met de keuze die ik gemaakt heb om alleen een kind op te voeden. Toch vraag ik mij – als mens van vlees, bloed en vooral ook veel gevoel – weleens af of mijn kind later geen ‘last’ krijgt van mijn keuze om hem alleen op te voeden.
Omwille van de identiteitsontwikkeling van mijn kind, heb ik gekozen voor een bekende (donor)vader. Ik realiseer mij overigens terdege dat niet iedere alleenstaande vrouw met een kinderwens in die ‘luxepositie’ verkeert. Mijn zoon heeft een vader, die hij ook zal leren kennen. Maar de, volgens de recente nieuwsberichten zo cruciaal bevonden, vaderrol binnen de opvoeding, blijft onvervuld. Ik verzorg mijn kind alleen en breng hem alleen groot, met de nodige steun van familie en vrienden aan de zijlijn.
Een aantal reacties uit het tegenkamp
De comments, posts en tweets aangaande dit onderwerp zijn zeer uiteenlopend van aard. Ze kunnen, zoals altijd met controversiële onderwerpen, verdeeld worden in twee kampen. Vooral de soms ongenuanceerde reacties uit het tegenkamp zijn mij niet bepaald onopgemerkt gebleven. Bijzonder kwaad maak ik mij naar aanleiding van een reactie van een man op Twitter (met welgeteld zes volgers, maar dit terzijde), die zich openlijk afvroeg ‘of een vrouw die geen man aan zich wist te binden, wel in staat moest worden geacht om een kind op te laten groeien tot een geschikte medeburger voor onze maatschappij’. Mind you! Later die dag constateerde ik geschokt dat de beste man aan deze onzin ook nog een extra volger had weten over te houden. Welkom in de wondere wereld van Twitter.
Het opgroeien met twee ouders/opvoeders is ook in mijn ogen (ongeacht of dit een man en een vrouw of duo-moeders of duo-vaders zijn) het ideaalbeeld. Maar om nou te beweren dat een man naast de vrouw in de opvoedingssituatie garant staat voor toekomstige stabiele en ‘geschikte’ maatschappijgenoten, vind ik wel heel veel spreekwoordelijke veren in de bibs van de mannelijke medemens.
Beroepsmatig maak ik veelvuldig mee dat kinderen volledig klem zitten tussen (v)echtscheidende ouders. Zelfs tot in die mate dat kinderen vanuit een ernstig loyaliteitsconflict psychische hulp nodig hebben. Deze kinderen zijn helaas geen uitzonderingen op de regel. Ik wil maar aangeven dat het hebben van twee opvoedende ouders in de (al dan niet gescheiden) gezinssituatie absoluut geen garantie is voor gelukkige kinderen.
Ook ben ik op internet reacties tegengekomen waarin men de vergelijking maakt met kinderen van onbewust alleenstaande moeders. ‘Alsof die kinderen zo blij zijn met de situatie waarin de vader hen in de steek heeft gelaten en zij alleen met de moeder opgroeien, praat eens met hen!’, zo stond ergens. Met alle respect, maar dit vind ik dus echt appels met peren vergelijken.
Als bewust alleenstaande moeder kies je bewust en met heel je hart voor een kind en dus óók voor de solo-opvoeding van dat kind. De trotse en gelukkige moeder straalt dat uit. En ik ben ervan overtuigd dat een kind dit voelt. Het kind staat voor een diepe wens die in vervulling is gegaan. Dat ziet en voelt ’t kind terug in de liefdevolle opvoeding. Van ongewenst voelen kan hier dus geen sprake zijn.
Ik kan me wél voorstellen dat dergelijke gevoelens zouden kunnen spelen bij kinderen van onbewust alleenstaande moeders. Het verdriet en de teleurstelling van de moeder en het kind omtrent de desbetreffende vader, kunnen dan bepalend zijn over hoe een kind zich voelt bij de situatie. Dat een kind een mannelijk (voorbeeld)figuur in zijn of haar leven kan missen, is een ander punt. Ik denk dat dit zeker iets is waar je je als single moeder van bewust moet zijn. Mannelijke vrienden en kennissen kunnen daarin een goede rol vervullen, vind ik.
Ook negatieve aandacht is positief
Ondanks de opgelaaide discussie die mij persoonlijk raakt, is het goed dat er aandacht voor dit onderwerp is. Hopelijk kan het bijdragen aan een positieve en breed gedragen opinie over het solomoederschap.
Ik hoef natuurlijk ook niet bang te zijn dat dit onderwerp me dagelijks in de media blijft confronteren. Want zoals dat gaat met trending topics, dient het volgende onderwerp zich al snel aan waarbij men zich weer ongegeneerd en vooral ongenuanceerd kan uitlaten over andere zaken. De benarde positie van kinderen in (v)echtscheidingssituaties wellicht? Wie biedt?
[ssba]
Auteur: Roos
Roos (35) is singlemoeder en deelt haar leven met zoontje Mees. Lees meer..